Een zelfevaluatie en een evaluatie aan de hand van rubrics die gebaseerd zijn op het OICO-principe vormen de basis voor de evaluatie in Strength-Based Learning. Door zelfevaluatie leert de jongere zijn zelfbeeld te nuanceren en kan hij zowel zijn sterktes als zijn verbeterpunten in kaart brengen. Die vormen de basis voor de volgende stappen in het leerproces. Met rubrics die verbonden zijn met het OICO-principe kunnen jongeren zelf zien waar ze staan ten opzichte van de leerstof en de anderen in hun klas. Ze zien waar ze heen moeten en kunnen voor een deel zelf hun eigen leerweg bepalen. Op deze manier groeit de leerling naar meer zelfsturing en zelfstandigheid in het eigen leerproces.

 

Het zelfevaluatie-instrument voor Strength-Based Learning is een combinatie (integratie) van de voorgaande evaluatie-instrumenten. De evaluatie van Gevoelens (emoji's) en het OICO-principe zijn geïntegreerd met:

• Wat we deden: de inhoud van de cursussen/lessen.

• Doelen van de lessen: de door de leraar gekozen doelstellingen.

• De sterke punten van de leerling.

• De gebieden waarop de leerling denkt zich te kunnen verbeteren.

• Wat hij of zij heeft geleerd.

• Uitdagingen: verbeterpunten op basis van hun sterke punten.

• Verbeteringen: verbeterpunten op basis van hun zwakke punten.

• Noden: wat de leerling van de leraar nodig heeft om zich te verbeteren (het beter te doen).

• Volgende stappen: wat gaat de leerling concreet doen en wanneer?