top of page

Instrument 2 Fase 1

Titel

Individuele context en gezinscontext

Bij het in kaart brengen van de gezinscontext gebruiken we verschillende instrumenten om de context van de leerling beter in te schatten. We stellen het gebruik van het Culturagram voor. Die wordt samen met het gezin geco-creëerd.

Opmerking

Het is niet altijd mogelijk om van kinderen en jongeren alle gegevens over het gezin te verkrijgen. Dan kan het nuttig zijn de ouders of wettelijke vertegenwoordigers van de leerling te interviewen om meer informatie te krijgen over de gezinscontext, die direct of indirect van invloed kan zijn op de integratie van het kind en/of de jongere in een schoolcontext.

Bij het interviewen van de familie kan het nodig zijn een vertaler in te schakelen en je communicatie te ondersteunen met hulpmiddelen zoals pictogrammen of afbeeldingen.

Het verkennen van 10 gebieden door het interviewen van de leerling en de familie

(vgl. Congres & González, 2021)

  • Redenen voor verhuizing

  • Juridische status

  • Tijd in deze gemeenschap

  • Taal die thuis en/of in de lokale gemeenschap wordt gesproken

  • Gezondheidsovertuigingen en toegang tot gezond en welzijn

  • Impact van trauma en crisissen

  • Contact met culturele en religieuze instellingen; feestdagen en speciale evenementen; voedsel en kleding

  • Ervaring met onderdrukking en discriminatie, vooroordelen en racisme

  • Waarden over onderwijs en werk

  • Waarden over de gezinsstructuur - macht, hiërarchie, regels, subsystemen en grenzen.

Hieronder staat een set van vragen die je kan helpen om het Culturagram op te bouwen met de familie van de leerling:

Reden voor verhuizing of immigratie

  • Wat deed je besluiten naar deze gemeenschap of dit land te komen?

  • Wat aan deze gemeenschap of dit land deed je besluiten hierheen te komen?

  • Hoe kwam het dat je besloot je oude huis of land te verlaten om naar hier te verhuizen?

Juridische status

  • Wat is je rechtspositie in je gastland?

  • Zijn al je documenten in orde?

Tijd in de gemeenschap

  • Hoelang woon je al in deze gemeenschap?

  • Wanneer ben je naar deze gemeenschap gekomen?

  • Waar kwam je vandaan toen je hierheen verhuisde?

  • Heb je altijd in deze gemeenschap of dit land gewoond?

  • Hoe oud was je toen je naar deze gemeenschap of dit land kwam? Wie verhuisde met jou naar deze gemeenschap of dit land?

  • Hoe zou je de buurt waarin je woont beschrijven?

  • Voel je je veilig als je in je buurt rondloopt?

  • Hoeveel van je familieleden wonen bij je in?

  • Naar wie ga je als je een vraag of een zorg hebt?

  • Is er iemand, een groep of een organisatie die er is als je hulp nodig hebt?

  • Wie zijn de mensen die je helpen om voor je kind(-eren) te zorgen?

  • Zijn ze familie van jou of van jouw kind(-eren)?

  • Helpen babysitters, buren of andere vrienden je om voor je kind(-eren) te zorgen

Gesproken talen

  • Spreek je meer dan één taal? 

  • Welke talen spreek je nog meer?

  • Hoeveel talen spreek je?

  • Welke taal spreek je thuis en in de lokale gemeenschap (buurt)?

Overtuigingen en praktijken op het gebied van gezondheid en welzijn

  • Wat betekent het voor jou om goed of in goede gezondheid te zijn?

  • Wat is er volgens jou nodig voor iemand om in goede gezondheid te verkeren?

  • Wat zijn enkele van de manieren waarop je ouders voor je zorgden als je ziek en verkouden was?

  • Doe jij hetzelfde met je kind of kinderen?

  • Als iemand in je familie verdrietig is, of zich heel anders gedraagt dan wat die gewoonlijk doet, wat doe je dan?

Impact van trauma en crisissen

  • Hoe heeft trauma je familie door de generaties heen beïnvloed?

  • Hoe hebben trauma's of andere crisissen jou en/of familie beïnvloed?

  • Is er een specifieke familiecrisis geweest?

  • Heeft het gezin vóór de migratie traumatische gebeurtenissen meegemaakt (bijv. oorlog, andere vormen van geweld, ontheemding inclusief vluchtelingenkampen, of soortgelijke ervaringen)?

  • Wat zijn de dingen in het leven waardoor je stress voelt?

  • Als je stress hebt, hoe reageer je dan? Waar ga je heen voor steun? En wat voor soort hulp zoek je?

  • Hoe weet je wanneer je kind stress heeft? Hoe reageer jij? Hoe reageren andere gezinsleden? Wat doe je om je kind te helpen als het stress heeft?

Contact met culturele en religieuze instellingen; feestdagen en speciale evenementen; voedsel en kleding

  • Zijn er specifieke religieuze feestdagen die je familie in acht neemt?

  • Welke feestdagen vier je?

  • Zijn er specifieke voedingsmiddelen die belangrijk voor je zijn?  Of die je probeert te vermijden?

  • Speelt kleding voor jou een belangrijke culturele of religieuze rol?

  • Ben je lid van een culturele of sociale vereniging of organisatie?

Onderdrukking en discriminatie, vooroordeel en racisme            

  • Is er een geschiedenis van onderdrukking en discriminatie in je thuisland?

  • Hoe hebben jij en je familie discriminatie ervaren sinds de migratie?

Waarden over onderwijs en werk

  • Hoeveel belang hecht je aan werk, gezin en onderwijs?

  • Wat zijn de onderwijsverwachtingen voor kinderen binnen het gezin?

  • Is je werkstatus veranderd (bijv. mate van verantwoordelijkheid, prestige en macht) sinds de migratie?

  • Werk jij of werkt iemand in je familie in meerdere banen?

Waarden over de gezinsstructuur - macht, hiërarchie, regels, subsystemen en grenzen.

  • Heb je een groot gezin? Zo ja, hoeveel leden telt je gezin?

  • Wie beschouw je als deel van je familie?

  • Zijn er specifieke genderrollen en verwachtingen in je familie?

  • Wie heeft de macht binnen de familie?

  • Zijn gezinsbehoeften belangrijker dan, of even belangrijk als, individuele behoeften?

  • Wie beschouw je als familie?

  • Als je aan je kind en je gezin denkt, welke dingen zijn dan belangrijk voor je?

  • Alle ouders hebben hoop en dromen voor de toekomst van hun kinderen, wat zijn de jouwe?

  • Als je je top vijf van waarden mocht noemen, wat zouden dat dan zijn?

  • Hoe verwacht je dat je kind zich in huis gedraagt? Als je met hen weggaat?

  • Wat gebeurt er als je kind zich misdraagt of niet doet wat je van hem of haar verwacht?

  • Hoe leer je je kind naar je te luisteren en te doen wat je van hem vraagt?

bottom of page